Image

Leren rekenen in groep 4

Heb je een kind in groep 4? Door de basis van groep 3, weet jouw kind hoe rekensommen in elkaar zitten en hoe hij getallen kan splitsen, optellen en aftrekken. In groep 4 gaat je kind niet meer met platte rekensommen aan de slag, maar komen contextsommen aan bod. Zo wordt er gerekend met geld, maten en tijd én komen de tafels aan bod! Op Squla oefent je kind in leuke online rekenspelletjes met alle lesstof uit groep 4. Weten wat er in groep 4 aan bod komt? Lees het hier.

Hele getallen in groep 4

In groep 4 leert je kind getallen in woord omzetten in cijfers. Daarnaast gaat je kind aan de slag met het verder tellen en terugtellen tot en met 100. Je kind leert het begrip ‘getallen’ beter begrijpen en weet ook welke getallen meer en welke minder zijn. En wat even en oneven getallen zijn. Een even getal is een getal dat deelbaar is door twee, zonder dat je iets overhoudt.

Splitsen in groep 4

In groep 4 moet je kind kunnen splitsen tot en met 100. Daarom is het noodzakelijk dat jouw kind het splitsen uit groep 3 onder de knie heeft. Waar je kind in groep 3 het splitsen met de getallen tot en met 10 leert, is je kind nu klaar voor het echte werk. De techniek van het splitsen wordt toegepast in grotere rekensommen tot en met 130.

De tafels in groep 4

Leren vermenigvuldigen is best lastig! In groep 4 begint je kind voor het eerst met het oefenen van deze tafels:

  • Tafel van 1
  • Tafel van 2
  • Tafel van 3
  • Tafel van 4
  • Tafel van 5
  • Tafel van 10

TIP: als je bewegend leert, blijven dingen beter hangen. De tafeldans van TikTokker Carmen gaat je kind wellicht helpen. Je bekijkt die uitlegvideo hier.

Vermenigvuldigen in een context

Naast dat je kind de tafels moet kunnen opnoemen, is het eigenlijk nog veel belangrijker dat je kind de context van de tafels begrijpt. Alleen zo kan je kind bijvoorbeeld een keersom ontdekken in een verhaalsom. Om dit te stimuleren bij je kind is het goed om keersommen te koppelen aan concrete situaties. Voorbeeldvragen voor meer context:

  • Hoeveel stuks bestek heeft iedereen aan tafel vandaag? Als er 4 mensen zitten en overal ligt een mes en een vork. Dan is de som dus 4 x 2. 
  • Hoeveel schoenen zijn er in deze ruimte? Als er 5 mensen in de ruimte zijn, met allemaal 2 schoenen. Dan is de som dus 5 x 2.

Temporekenen

Vanaf groep 3 krijgt je kind te maken met tempotoetsen. Dit zijn toetsen waarbij gekeken wordt hoe je kind kan presteren binnen een bepaalde tijd. Waarom is het belangrijk om het tempo te meten waarom je kind sommen maakt? Het tempo waarin je kind de sommen maakt, zegt iets over de mate waarop je kind de lesstof heeft geautomatiseerd en zelfs gememoriseerd. Twee moeilijke woorden, kort gezegd betekenen ze: 

  • Automatiseren: snel kunnen rekenen.
  • Memoriseren: snel het goede antwoord geven, zonder denkstappen te maken. Je weet het gewoon.

Klokkijken in groep 4

In groep 4 is het tijd om kwartieren en minuten af te gaan lezen. Dit gebeurt eerst op de analoge klok en kan alleen als de hele en halve uren in groep 3 goed zijn blijven hangen. Je kind leert hoeveel minuten er in een uur, half uur en een kwartier zitten. Ook oefent je kind met het juist uitspreken en opschrijven van de tijd. Denk aan tien over twaalf, tien voor half één, tien over half één en tien voor één.

Zo gaan geldsommen in groep 4

Je kind gaat in groep 4 aan de slag om munten te kunnen koppelen aan een geldbedrag. Ook gaat je kind rekenen met muntgeld en briefgeld tot en met 50 euro. En het euroteken (€) wordt geïntroduceerd. Daarnaast wordt er gewerkt aan het omrekenen van geld, maar ook aan het ‘begrip’ van geld. Want hoeveel is nou 1 euro? 

  • 1 euro = 100 eurocent
  • 2 euro = 200 eurocent
  • 3 euro = 400 eurocent
  • 4 euro = 300 eurocent
  • 5 euro = 500 eurocent

Optellen en aftrekken tot 100

Met optellen en aftrekken maakt je kind in groep 3 al een start. De leerkracht noemt dat ook wel: erbijsommen en erafsommen. In groep 4 is het de bedoeling dat je kind tot en met 20 kan optellen en aftrekken uit het hoofd. Dat noemen we ook wel gememoriseerde kennis, je kind hoeft hier niet over na te denken. Plus- en minsommen tot en met 100, moet je kind kunnen oplossen en uit een verhaaltjessom kunnen halen. Dit kan door bijvoorbeeld de rijgstrategie of de splitsstrategie. 

  • Rijgstrategie (je rijgt de getallen aan elkaar): 74 – 37 = 64 – 30 = 34 en 34 – 7 = 27)
  • Splisstrategie (je splitst het getal op om een makkelijkere som te maken): 54+ 27 is 50 + 20 = 70 en 4 + 7 = 11 en 70 + 11 = 81)

Meten in groep 4

Je kind leert in groep 4 de standaardmaten: meter en centimeter. En weet dat 1 meter = 100 centimeter is. Je kind leert ook hoe je met een liniaal op de centimeter af kunt meten. Je kind gaat aan de slag met referenties. Denk bijvoorbeeld aan dat je duim één centimeter breed is. En één grote stap ongeveer 1 meter. Ook leert je kind een weegschaal aflezen tot en met 20 kilogram. En je kind leert figuren herkennen en benoemen, cilinder, kubus, balk! 

Breuken en verhoudingen

In groep 4 begint je kind nog niet echt met breuken. Maar de eerste aanzet wordt gedaan! Zo is het handig als je kind verhoudingen begrijpt. Bijvoorbeeld dat er voor een dubbele hoeveelheid broodjes, twee keer zoveel beleg nodig is. Met het klokkijken leert je kind de begrippen ‘heel’, ‘half’ en ‘kwart’, dat is handig want die zijn ook nodig voor breuken! Ook leert je kind in groep 4 de volgende begrippen en hun context: halveren, verdubbelen, deel en geheel.

Tabellen, grafieken en diagrammen

Je kind maakt voor het eerst kennis met een visuele weergave van informatie, bijvoorbeeld een taartdiagram en een staafgrafiek. Ook leert je kind om die gegevens af te lezen en te interpreteren. Daarnaast leert je kind ook wat turven is. Turven is het tellen met streepjes door groepjes van vijf te vormen. Eerst vier verticale streepjes en het vijfde streepje gaat daar diagonaal doorheen. Zo cluster je groepjes van vijf, die je gemakkelijk op kan tellen.


Aan de slag met rekenen in groep 4?

Squla (pages)

Ontdek motiverende quizzen en games.
Twijfel je? 14 dagen geldteruggarantie!