Je kind heeft faalangst. Wat nu?

Pim

Elk kind is wel eens bang om iets niet te kunnen. En met een beetje spanning voor een moeilijke taak is niets mis. Maar als die spanning te groot wordt, en dus leidt tot stress en negatieve gedachten, dan is er vaak meer aan de hand. Helaas heeft ongeveer 1 op de 10 kinderen last van faalangst. Wat kun je daar als ouder aan doen?

Herkennen van faalangst

Is je kind gewoon een beetje onzeker, of is er meer aan de hand? Herken je deze punten?

  • Je kind heeft veel bevestiging nodig
  • Je kind vraagt vaak om hulp bij het uitvoeren van een taak
  • Je kind ziet op tegen naar school gaan
  • Je kind raakt snel gefrustreerd als iets niet lukt
  • Je kind zegt van tevoren al dat het niet gaat lukken om iets te doen
  • Je kind is bang om aan een nieuwe opdracht te beginnen
  • Je kind geeft vaak en snel op, soms al voordat hij of zij is begonnen

Als je bij bijna alle punten je kind herkent, dan kan het goed dat de onzekerheid bij je kind doorslaat naar faalangst. Je kunt je kind helpen om met hiermee om te gaan.

4 Belangrijke tips tegen faalangst

  1. Vertrouwen opbouwen

    Kinderen met faalangst hebben niet genoeg vertrouwen in hun eigen kunnen. Probeer het zelfvertrouwen van je kind daarom te laten groeien. Zorg voor positieve ervaringen, waardoor je kind merkt dat hij of zij meer kan dan gedacht.

    Bijvoorbeeld: laat je kind zelf iets bestellen in een restaurant (onderbouw), zelf betalen in een winkel (middenbouw), of zelf uitzoeken hoe laat jullie met de trein moeten om ergens op tijd te zijn (bovenbouw).

    Het is daarbij belangrijk dat je je kind de ruimte geeft om zelf met oplossingen te komen. En hem of haar laat experimenteren en fouten laat maken. Zo leert je je kind op een ontspannen manier dat hij of zij best zelf in staat is om een taak af te ronden. En vooral: dat er niet maar één goede route is.

  2. Ontken de negatieve gedachten van je kind niet

    Neem de gedachten van je kind serieus, ook al wilt je ze meteen ontkrachten. Aan “Natuurlijk kun je dat wel” heeft een kind veel minder dan aan een oprecht luisterend oor. Vraag door bij een negatieve gedachte, en probeer achter de onderliggende oorzaken te komen. Laat duidelijk merken dat je je kind begrijpt en hebt gehoord. Zo leert je kind zijn of haar gevoelens in een veilige omgeving uiten.

  3. Maak moeilijke taken overzichtelijk voor je kind

    Deel grotere taken op in kleine stapjes. Soms kan iets gewoon té groot lijken om te doen en denkt je kind bij voorbaat al: laat maar zitten. Dan is het goed om te kijken of je kind klein kan beginnen. Als het dan stapje voor stapje wel lukt, is dat ook voor een volgende keer goed om te weten. Je kunt daar dan makkelijk aan refereren. “Weet je nog, van toen je dat werkstuk moest maken? Dat lukte uiteindelijk ook heel goed.”

  4. Ruimte, ruimte, ruimte

    Veel ouders willen hun kind zo graag helpen, dat ze hem of haar te weinig ruimte geven om zelf dingen te ontdekken. Dat is heel goed bedoeld, maar killing voor het zelfvertrouwen. Je kind zal zo denken: Papa en mama denken ook dat ik het niet kan. En dat is dus weer een perfecte bodem voor faalangst.

    Leer jezelf aan, en dit is helemaal niet makkelijk, om je kind meer ‘te laten’. Zegt je kind al snel: “Ik weet het niet”, los het dan niet zelf voor je kind op, maar laat je kind er wat langer over nadenken. Vaak is “Ik weet het niet” een eerste, snelle opmerking om maar iets te zeggen. Geef je kind wat extra tijd om dingen zelf op te lossen, of dat nou schooltaken of andere klusjes (opruimen bijvoorbeeld na het spelen) zijn. Door de zelfstandigheid van je kind te vergroten, krijgt je kind steeds meer verantwoordelijkheid voor de eigen taken. Als iets dan goed is gelukt, is het ook de verdienste van je kind zelf! Tel voortaan dus altijd even tot twintig voor je zelf in actie komt om je kind te ‘redden’.

Faalangst: blijf er niet mee zitten

Deze tips kunnen jouw en je kind helpen. Maar onderschat faalangst niet. Het kan een enorm struikelblok zijn, al voor heel jonge kinderen. Loop er daarom niet te lang mee rond en zoek begeleiding als je denkt dat de faalangst de ontwikkeling van je kind belemmert. Vraag de leerkracht van je kind eens, sommige scholen hebben een eigen programma voor faalangst. Is dit niet het geval, vraag dan of ze een goede faalangsttraining weten of informeer eens bij de GGD in de buurt.

Ontdek motiverende quizzen en games.
Twijfel je? 14 dagen geldteruggarantie!