Wat doe je in de rugzak als je kind voor het eerst naar school gaat?

Juf Shelby

Dan is dat moment ineens daar: je peuter wordt een kleuter en gaat voor het eerst naar de basisschool (slik!). Wat moet er allemaal mee in de schooltas? In deze blog deel ik mijn ervaring als moeder én kleuterjuf en geef ik je tips over wat handig is om mee te geven (en óók wat leerkrachten liever NIET in die tas zien 😉).

Welke tas en welke maat?

Je kleuter zal zijn tas regelmatig op de grond zetten (lees: gooien). Een stevige tas is dan ook handig. Liefst met een onderzijde die tegen wat vocht kan! Veel merken hebben een kleinere variant rugzak voor peuters of kleuters. Persoonlijk vond ik juist toch de ‘gewone’ maat waar minimaal een A4 in past handiger. Je kind krijgt namelijk regelmatig werkjes mee naar huis en het is handig als dat allemaal in de tas past.

Bovendien hebben veel scholen een continuerooster waardoor je kind vaak al 2 bakjes en 2 bekers mee naar school moet nemen en het is fijner als het ‘makkelijk’ in de tas past, dan dat je kind iedere dag moet puzzelen om alles erin te krijgen. Zelf ben ik fan van de rugzakken van het merk ZEBRA: stevig, afwasbaar en verkrijgbaar in leuke printjes die mijn dochter zelf mocht kiezen. Niet de goedkoopste, maar wel duurzaam.

TIP: hang een leuke sleutelhanger aan de rits. Zo herkent je kind zijn of haar tas snel, zeker als een klasgenootje toevallig dezelfde heeft.

Bekers en bakjes die niet lekken!

‘Juf, mijn beker heeft gelekt’ Zucht! Dan stond ik weer een plakkerige tas uit te spoelen en de gang te dweilen. Echt: lekkende bekers komen vaker voor dan je denkt. Niet alleen door slechte kwaliteit (ik ben als juf bijvoorbeeld geen fan van ‘Action-bekers’), maar vooral doordat kleuters hun beker vaak niet helemaal leegdrinken en hem daarna niet goed dichtdraaien.

Wil je thuis geen kleverige rugzak schoon hoeven maken? Kies dan voor een beker die eenvoudig én goed sluit. Mijn favoriet: de MEPAL-beker met draaidop. Vermijd liever de pop-up drinktuit: die wordt vaak niet goed dichtgedrukt en gaat sneller stuk.

Wat doe je in de broodtrommel?

Sommige kinderen eten alles op, anderen zijn kieskeurig. Houd het simpel en herkenbaar voor je kind: geef bijvoorbeeld dezelfde boterham als thuis. Kleine, overzichtelijke porties doen het meestal goed én doe de beker niet te vol. Lees hier mijn blog over wat ik mijn kinderen meegeef naar school.

TIP: heeft je kind continuerooster: geef 2 kleine bekers mee. Eén voor tijdens het fruitmoment en één voor tijdens de lunch. Zo is het voor je kind duidelijk wanneer het wat moet drinken. Sommige ouders geven één hele grote drinkbeker mee, dat lijkt handig, maar doseren blijft lastig voor jonge kinderen.

Checklist: wat moet er nu echt in die schooltas?

  • Fruitbakje en beker voor het fruitmoment
  • Lunchtrommel en tweede beker voor dagen met continuerooster
  • Setje reservekleding (als je kind nog wel eens een ongelukje heeft)
  • Telefoonnummers van de ouders/verzorgers (voor speelafspraken en noodgevallen)
  • Voldoende ruimte over om knutselwerkjes mee naar huis te nemen
  • Alle bekers, bakjes en de tas voorzien van naamstickers!

Incidenteel zijn de volgende dingen soms nog handig:

  • Zonnebrand in de zomermaanden (TIP: een handige roller of een hervulbare ‘zonnebrandkwast’ van het merk AMICI waarmee je kind zichzelf kan insmeren)
  • Eventueel gymschoenen, maar meestal blijven die op school in de klas.
  • Gebruikt je kind medicijnen? Breng de ;eerkracht dan altijd op de hoogte als er medicatie in de tas zit.

En deze dingen liever NIET!

  • Speelgoed: alleen als het speelgoeddag is maar wen je kind liever niet aan om op andere momenten speelgoed mee te nemen. Door vanaf het begin duidelijk te zijn, voorkom je strijd of teleurstelling. (Ook geen kleine speelgoedjes!)
  • Knuffels: ook dit kan een ‘dingetje’ worden. Als je er eenmaal aan begint, wil je kind hem steeds mee. Bij verlatingsangst kun je overwegen een mini-knuffeltje als sleutelhanger aan de tas te hangen.
  • Kleine gadgets: denk aan Pokémonkaarten, poppen, raceauto’s of digitale horloges die geluid maken. Deze zorgen vaak voor: ruzies (“Hij heeft mijn kaart gepakt!”), afleiding tijdens de les kans op verlies of beschadiging, wat weer leidt tot verdriet. Veel scholen hebben daarom regels als “op maandag mag je iets meenemen voor de kring, maar daarna blijft het in de tas.
  • Snoep en ongezonde snacks: kinderen die een zak snoep of chips meenemen voor in de pauze? Dat geeft snel onrust: niet alleen onhandig qua ‘suikerpiek’, maar ook oneerlijk tegenover kinderen die wél fruit meekrijgen. Het zorgt voor onrust en ruilgedrag.
  • Geld of dure spullen. Denk aan zakgeld, sieraden, extreem dure merkkleding, spelcomputers. Kinderen kunnen er stoer mee willen doen, wat groepsdruk oplevert. Naast verlies- en diefstalrisico laat het ook ongelijkheid tussen kinderen extra zien.
  • Verkleedkleren of bijzondere kleding (buiten speciale dagen). Natuurlijk zijn verkleedmomenten leuk, maar als kinderen uit zichzelf als prinses of superheld naar school komen: voelen andere kinderen zich buitengesloten (waarom mag ik dat niet?) en met zo’n lange superhelden-cape kunnen ze niet lekker meedoen aan gym of buitenspel.
  • Medicatie zonder overleg met school. Voelt je kind zich niet lekker en denk je; ik stop even een paracetamolletje in de tas? Geef nooit medicatie mee zonder dit te melden aan de leerkracht. Zelfs een ‘onschuldig’ paracetamolletje kan risico’s geven als een ander kind het pakt of er onverwachte reacties optreden. Altijd even melden dus, ook bij zalfjes of pilletjes.
  • Teenslippers: dat is natuurlijk niet iets wat je in de tas doet, maar wel iets wat me als juf vaak opvalt. Kinderen die niet vrijuit op het schoolplein kunnen rennen door uitvliegende teenslippers. Comfortabele schoenen waar je kind onbezorgd mee kan spelen zijn een must!

Tot slot: labelen

Wat kinderen meenemen naar school heeft meer impact dan je misschien denkt, ook het effect van bepaalde spullen op klasgenootjes hebben. Daarom is het belangrijk dat spullen functioneel en herkenbaar zijn. Een beker zonder naam? Grote kans dat de juf of meester moet raden van wie die is.. want geen één kleuter steekt zijn hand op als er gevraagd wordt ‘van wie is deze beker?‘. Dus: label alles, echt álles. Dat scheelt tijd, verwarring en frustratie voor iedereen. En spullen raken niet kwijt!

Deze blog is geschreven door Shelby Vos-van Andel, leerkracht, intern begeleider en gedragsspecialist in het basisonderwijs. Na het afronden van de PABO verdiepte ze zich in gedrag en begeleiding met de Master SEN (Special Educational Needs). Vanuit haar ervaring in de klas én als moeder van Fayenn (6) en Mace (3), schrijft ze onder de naam ‘Juf Shelby‘ over opvoeding, onderwijs en gedrag.