10 energizers voor thuisonderwijs

Juf Shelby

De scholen zijn opnieuw dicht vanwege de Corona maatregelen en de kinderen krijgen thuisonderwijs op afstand. Het is niet eenvoudig om thuis te concentreren op je schoolwerk. In de klas gebruik ik als leerkracht vaak ‘energizers’ als tussendoortje om daarna kinderen weer te laten focussen en concentreren. In dit blog vertel ik je 10 leuke energizers om thuis te doen met je kind.

Wat is een energizer?

Uit hersenonderzoek blijkt dat beweging gezond is voor ons brein om te kunnen leren. Een energizer is een kleine opdracht die zorgt voor afwisseling en energie met als doel daarna weer met aandacht te kunnen focussen. Maar daarnaast is het natuurlijk ook vooral leuk! Even een momentje van plezier maken met elkaar. Energizers worden in de klas regelmatig toegepast. Na een moment van inspanning, is het goed om even te ontspannen. In de huidige situatie waarin kinderen thuisonderwijs krijgen is het ook goed om tussendoor even een leuke beweegactiviteit te doen. En natuurlijk ook voor jou als ouder nu je misschien thuis werkt 😉

1. Dansen

Dansen op een liedje waar een dansje bij hoort. Bijvoorbeeld: Babyshark, Macarena, Tsjoe tsjoe wa of het Vliegerlied. Maar ook de liedjes die door Kinderen voor Kinderen geschreven zijn voor de Koningsspelen hebben altijd een dansje en er zijn zelfs youtube tutorials met de dansjes. En natuurlijk blijft ‘hoofd schouders knie en teen’ ook nog altijd een succes. Je kunt natuurlijk ook samen een dansje op jullie lievelingslied maken.
Youtube tip: zoek op ‘just dance’. Hier vind je populaire top 40 liedjes met dansbewegingen en tekst.

2. Sport oefeningen

Korte fitness oefeningen zoals planken, squaten, of de trap op en af rennen. Een intensieve beweging voor jullie allemaal. Of wat dacht je van een wc rollen estafette? We hebben ze tenslotte niet voor niets massaal ingeslagen 😉

Variant: roep steeds een getal tussen de 1 en 5. Ieder getal staat voor een andere fitness-oefening, zoals een push-up, squat of iets anders. Of laat je kind zelf bewegingen bedenken die bij een cijfer horen.

3. Commando pinkelen

Dit spel doe je zittend aan een tafel. Op jouw commando moeten bewegingen gemaakt worden. De commando’s zijn:

  • Commando Pinkelen (wijsvingers om de beurt op tafel tikken).
  • Commando Plat; handen plat op tafel.
  • Commando Hol; handen hol trekken, vingertoppen raken de tafel
  • Commando Bol; je draait je hand om; vingers staan naar boven gericht.

Jij bent de spelleider en geeft het commando en maakt ook zelf de bijbehorende bewegingen. Je kind neemt deze bewegingen over, maar moet alleen reageren als het woord “commando” er voor gezegd wordt. Als spelleider kun je ook misleiden door een verkeerde beweging uit te voeren. Dus ‘commando bol’, en leg zelf je handen plat op tafel. Legt je kind ook de hand op tafel, dan is hij af. Als het woord ‘commando’ niet wordt uitgesproken en de beweging toch overgenomen wordt, is je kind ook af. Dus alleen ‘pinkelen’ is geen commando.
Hoe sneller de bevelen elkaar opvolgen, hoe moeilijker het wordt. Je kunt ook nog extra commando’s toevoegen. Veel leerkrachten doen dit spel in de klas, dus misschien weet jouw kind nog wel meer leuke commando’s. Wissel ook eens af wie de commando’s geeft!

4. Veertje blazen

Benodigdheden: diverse veertjes.
Bij een startsignaal begin je allebei te blazen om de veer in de lucht te houden. Je mag de veer niet aanraken met je handen of met je lichaam. Degene die de veer het langst in de lucht houdt heeft gewonnen!

5. Regen maken

Dit is een oefening met bewegingen nadoen die een regenbui nabootsen in geluid. Het vraagt om concentratie, stilte momentjes, maar ook opbouw in geluid en beweging. Je kind doet jouw bewegingen na:

  • Start: stilte en concentratie.
  • Stap 1 ‘de wind stijgt op’: je wrijft in je handen.
  • Stap 2 ‘de eerste regendruppels’: je slaat met je handen op je benen rechts-links in iets hoger tempo.
  • Stap 3 ‘een echte regenbui’ : Je slaat in een hoger tempo op je benen.
  • Stap 4 ‘storm!’: Je stampt met je voeten op de grond in een hoog tempo.
  • Stap 5 ‘de storm wordt weer een bui’ : (terug naar stap 3) handen op de benen slaan rechts-links.
  • Stap 6 ‘de bui neemt af’: knippen met je vingers
  • Stap 7 ‘de bui stopt, het waait weer’: (terug naar stap 1) wrijven in de handen
  • Stap 8: ‘de wind gaat liggen’: stilte, liggen met het hoofd op de tafel.

Spelvariant: speel dit samen met broertjes en zusjes. Ze mogen pas de beweging maken nadat je ze hebt aangekeken. Het effect is dat het lawaai dan oploopt en weer wegsterft. Dit vraagt om nog meer aandacht en concentratie van de kinderen. Zorg dat je als spelleider steeds dezelfde route aflegt met je ogen.

6. Massage

Ga achter elkaar zitten en teken iets op elkaars rug. De ander moet raden wat het is. Je kunt dit ook doen met woorden of letters. De ander moet dan raden welk woord er staat (ook leuk om spelling te oefenen). Veeg na ieder woord de rug weer ‘schoon’ door met je hand erover heen te wrijven.

Variatie: je kunt ook diverse massagebewegingen spelenderwijs aanleren zoals: regendruppels maken door te tikken, kneden, wrijven of zachtjes ‘hak’ bewegingen te maken met de zijkant van je hand.

7. Sneeuwballen gevecht

Geef je kind(eren) een papier. Laat ze er een prop van maken en laat ze proberen om in korte tijd zoveel mogelijk broertjes/zusjes of voorwerpen (bijvoorbeeld knuffels) te raken. Wil je het ook leerzaam maken? Laat ze op papier een aantal sommen eerst beantwoorden en laat ze daarna een prop maken en gooien. Na 10 seconden stop je en bespreek je de eerste vraag door. Daarna gooi je weer 10 seconden. Ga zo door tot je alle vragen hebt besproken. Wie kan er in 10 seconden de meeste knuffels raken?

8. Ritmes klappen

In de klas vind ik het altijd een succes: ritmes klappen! Jij als ouder begint als spelleider. Je klapt een ritme op de tafel. Je kind klapt het ritme na op tafel. Op Youtube staan ook leuke klap tutorials zoals: boom snap clap tutorial. Varieer in snelheid en combinatie door steeds een ander ritme te klappen. Geef je kind ook eens de opdracht om leider te zijn en laat hem/haar eigen ritmes klappen op de eigen benen of op de benen/rug van een broertje of zusje. Op deze manier moeten kinderen afstemmen en samenwerken.

Educatief element: Kun je een melodie van een liedje neuriën, de tafels oefenen of woorden spellen terwijl je klapt?

9. Duimworstelen

Geef elkaar de linker of rechterhand (meestal de voorkeurshand) en vouw de handen dicht. Begin op een afgesproken signaal. Probeer zo snel mogelijk jouw duim op die van de ander te krijgen. Wanneer je de duim van een ander kan ‘vangen’ onder jouw duim, dan heb je een punt. De eerste met drie punten wint.

Variatie voor jonge kinderen: maak er ‘duimtikkertje’ van. Jij en je kind krijgen om de beurt de mogelijkheid om op de duim van de ander te tikken (er bovenop te duwen).

10. Spiegelen

In deze oefening ga je tegen over elkaar staan. De één beeld uit en is de leider, de ander is het spiegelbeeld en dus de volger. Het is belangrijk de bewegingen heel langzaam te doen zodat de ander kan volgen. Wissel daarna van rol.

Variantie: geef een opdracht bijvoorbeeld: je komt net uit bed en staat voor de spiegel. Wat doe je dan allemaal? Of doe gymnastiekoefeningen.

Met deze energizers heb je 10 leuke beweegactiviteiten om tussendoor te doen bij het schoolwerk. Zeker in deze tijd waarin we allemaal onze zorgen over onze gezondheid en de economie hebben, is het fijn om even een momentje van ontspanning te hebben met elkaar. Heel veel (leer)plezier!

Dit blog is geschreven door Shelby Vos-van Andel, leerkracht en intern begeleider bovenbouw in het basisonderwijs.

Squla (pages)

Ontdek motiverende quizzen en games.
Twijfel je? 14 dagen geldteruggarantie!