Hoe moet je breuken vermenigvuldigen?

Sarah

Herinner je je nog hoe je vroeger breuken leerde? Misschien was het even puzzelen, maar uiteindelijk begreep je het. Nu is jouw kind aan de beurt om deze stap te zetten. Weet jij nog hoe het moet of zit er een breukje in je geheugen? Laat ons je kennis even opfrissen, dan hoef jij je hoofd er niet meer over te breken.

Hoe vermenigvuldig je breuken?

Voor we aan het rekenen slaan, is het misschien fijn om te weten wanneer je deze vaardigheid gebruikt.

Stel je voor: je hebt een halve pizza en je wilt die delen met drie vrienden. Hoeveel krijgt ieder? Of je hebt een recept voor een taart dat vraagt om ⅓ kop suiker, maar je wilt het recept verdubbelen. Hoeveel suiker heb je dan nodig? In dit soort gevallen is het handig om breuken te kunnen vermenigvuldigen. Zulke voorbeelden maken het ook voor je kind duidelijker.

Aan de slag!
Als je breuken wilt vermenigvuldigen, vermenigvuldig je de noemers en de tellers en vereenvoudig je de uitkomst.

De teller is het getal boven de streep en de noemer is het getal onder de streep.

Vermenigvuldigen met een heel getal

Dit is vrij makkelijk: je vermenigvuldigt de teller met het hele getal.

Voorbeeld:

1/8 x 7 = 7/8

Vereenvoudigen

In sommige gevallen kun je de uitkomst vereenvoudigen. Zo:

1/9 x 3/5 = 3/45

Eerst vermenigvuldig je de tellers. In dit geval 1 en 3. Dat geeft 1 x 3 = 3. Deze zet je boven de streep.

Dan vermenigvuldig je de noemers. In dit geval 9 en 5. Dat geeft 9 x 5 = 45. Deze zet je onder de streep.

Zo krijg je 3/45. Deze breuk kun je vereenvoudigen naar 1/15. Dat doe je als volgt:

Zoek een getal waardoor je zowel de teller (3) als de noemer (45) kunt delen. In dit geval is dat 3. Zo krijg je 3/45. Deze breuk kun je vereenvoudigen naar 1/15. Dat doe je als volgt:

Zoek een getal waardoor je zowel de teller (3) als de noemer (45) kunt delen.
In dit geval is dat 3.

3 ÷ 3 = 1

45 ÷ 3 = 15

Antwoord: 3/45 is 1/15

Vermenigvuldigen met gemengde getallen

Een gemengd getal bestaat uit een heel getal en een breuk. Bijvoorbeeld:
2 1/3 (twee en een derde). Het vermenigvuldigen pak je zo aan:

  • Stap 1: Zet het gemengde getal om in een onechte breuk.
    Een onechte breuk is een breuk waarbij de teller groter is dan de noemer.

Voorbeeld:

2 1/3:

Eerst doe je 2 x 3 = 6.

Dan 6 + 1 = 7

Antwoord: 2 1/3 = 7/3

  • Stap 2: Vermenigvuldig de breuken zoals normaal. Stel je moet uitrekenen:

2 1/3 × 3

Eerst zet je het gemengde getal om:
2 1/3 = 7/3

Nu vermenigvuldig je:
7/3 × 3/4

Tellers: 7 × 3 = 21
Noemers: 3 × 4 = 12

Antwoord: 7/3 × 3/4 = 21/12

  • Stap 3: Vereenvoudig de breuk (en zet terug om naar een gemengd getal als dat nodig is). Dat doe je zo:

21/12 kun je vereenvoudigen. Beide getallen zijn deelbaar door 3:

21 ÷ 3 = 7
12 ÷ 3 = 4

Dus: 21/12 = 7/4

Je kunt dit ook terug omzetten naar een gemengd getal:
7 ÷ 4 = 1 rest 3 → 1 3/4

Antwoord: 2 1/3 × 3

Veelgemaakte fouten bij het vermenigvuldigen van breuken

Rekenen is precisiewerk, maar een fout zit in een klein hoekje. Bij het vermenigvuldigen van breuken gaan de volgende dingen regelmatig fout:

  • Optellen of aftrekken van tellers en noemers in plaats van vermenigvuldigen.
  • Vergeten van het vereenvoudigen van de breuk aan het einde.
  • Gemengde getallen niet eerst omzetten naar onzuivere breuken.

Klaar? Rekenen maar!

Heb je het (weer) onder de knie? Dan ben je klaar om samen met je kind de wereld van breuken te ontdekken! Oefen met Squla en leer je spelenderwijs een breuk.

Wil je nog meer weten? Op YouTube hebben wij een video met uitleg over breuken. Lees je liever? Dan kan onze blog ‘Beginnen met breuken‘ je nog verder helpen.

Ontdek motiverende quizzen en games.
Twijfel je? 14 dagen geldteruggarantie!